

Veel mensen hebben geldzorgen. Ongeveer één op de vijf mensen heeft stress door geldzorgen. Velen onder ons vinden het niet fijn om met geldzaken bezig te zijn. We schuiven het dan ook voor ons uit en proberen er niet te veel meer over na te denken. Zo’n grote roze olifant onder het tapijt schuiven, gaat een tijd lang misschien nog vrij makkelijk. Maar op een goede dag moet je toch met dat dikke roze ding aan de slag. Bij voorkeur vóór je financiële problemen een eigen leven gaan leiden en niet meer te overzien zijn. Met alle gevolgen voor jou, je leven en je werk. Dus: vandaag is beter dan morgen. Nu is beter dan straks. Aan de slag!
Hier alvast vijf simpele tips geldzorgen te voorkomen
1. Zorg goed voor jezelf
Stress kan leiden tot lichamelijke klachten, zoals vermoeidheid, slapeloosheid, angst en hartkloppingen. Voor financiële stress is dat niet anders. Zorg dat je je hoofd en je lijf zo fit en gezond mogelijk houdt, door goed te slapen, gezond te eten en regelmatig te bewegen.
2. Zorg dat je bij bent met financiële zaken
Up to date blijven over je financiële situatie is nog niet altijd zo makkelijk. Het gaat dan niet direct alleen om je eigen bankzaken. Maar ook om dingen die buiten je om gebeuren, waar je maar beperkt invloed uit kunt oefenen. De AOW-leeftijd verandert bijvoorbeeld doorlopend met het oplopen van de gemiddelde levensverwachting. Soms ineens wanneer de politiek dat nodig of opportuun acht, zetten ze die stapjes voor verhoging van de pensioenleeftijd ineens een periode lang nog wat rapper. Hierdoor kan je maanden of misschien zelfs jaren later met pensioen dan je dacht. Dus bekijk die jaaroverzichten van je pensioenboer. Zorg dat je zo goed mogelijk op de hoogte bent en blijft. Zodat je niet voor onaangename verrassingen komt te staan.
Prijzen stijgen en dalen op de woningmarkt
Datzelfde geldt voor de woningmarkt. In sommige krimpregio’s wordt je woning niet meer maar minder waard dan hij lange tijd was. In andere gebieden zijn de huizenprijzen na de crisis juist enorm aan het oplopen doordat de vraag voorlopig heel veel groter is dan het aanbod. Enerzijds is deze virtuele woningwaarde (het telt pas echt als je je huis verkoopt en het geld opstrijkt) mooi. Je verdient geld door in je huis te wonen. Anderzijds betekent dit ook dat je stiekem elk jaar een beetje meer belasting moet betalen, zoals de WOZ en waterschapsbelasting. Ook als je huurt, wordt in toenemende mate de marktwaarde van het huis waar je woont medebepalend voor je huurprijs. Vaak stijgt die huurprijs alleen maar, zonder dat je er meer huis voor terug krijgt.
*lees ook: Geld maakt niet gelukkig, tenzij je het aan deze dingen besteedt*
Belastingen, vermogen en sociale zekerheid
Ook voor allerhande belastingen geldt dat ze doorlopend veranderen. Zo wordt bijvoorbeeld het lage btw-tarief met ingang van 2019 verhoogd van 6 naar 9 procent. Ook de vermogensbelasting is aan veranderingen onderhevig. Lange tijd werd er uitgegaan van een rendement van vier procent op je vermogen en daar werd dan weer 30 procent belasting over geheven boven een bepaald bedrag. Dit kwam dan neer op een belastingtarief van 1,2 procent voor het belastbare vermogen. Dit tot groot verdriet van velen. Want het is toch al zeker een decennium geleden dat je een rendement van vier procent op je spaarrekening kon halen. Als je spaarde werd je geld onder invloed van inflatie en belastingen langzaam minder waard.
*lees ook: Verdeel je uitgaven verstandig met de 50/30/20-methode*
Nieuw systeem dat meer uitgaat van werkelijk rendement
Het systeem is recent omgevormd tot een systeem dat meer rekening houdt met het echte rendement wat mensen konden halen op hun vermogen. Er wordt nu rekening wordt gehouden met de omvang van je vermogen. Hierbij wordt aangenomen wordt dat een hoger vermogen relatief meer oplevert. Mensen kunnen een deel van hun geld bijvoorbeeld beleggen of op een andere manier meer rendement op hun vermogen kunnen behalen. Verder wordt het rendement gebaseerd op gemiddelde spaarrendementen van de afgelopen vijf jaar. Voor de grotere vermogens telt ook het gemiddelde beleggingsrendement over de afgelopen 15 jaar. Met de huidige lage rentes gaan veel mensen er qua vermogensbelasting iets op vooruit. Maar reken je niet te snel rijk: zodra de rente weer stijgt, stijgt ook de vermogensbelasting mee. Ook wanneer dat uiteindelijk boven die ouderwetse vier procent uitkomt. Het is goed om te zorgen dat je op de hoogte bent en blijft. Dit is immers wel van invloed op het netto rendement van je vermogen.
Beleggingsrendement is feitelijk virtueel tot je het verzilvert
Uiteindelijk is het de bedoeling dat je betaalt over je werkelijke rendement. Hoe dit wordt vastgesteld is mij niet duidelijk. Zeker bij belegd vermogen, kan je het werkelijke rendement pas vaststellen wanneer aandelen of obligaties verzilverd worden. Beleggen doe je voor langere periodes en je verzilvert je beleggingen niet elk jaar. Maar de belasting wordt wel elk jaar geheven. Dit ondanks het feit dat al je beleggingsrendement net als bij je huis virtueel rendement is, tot je verkoopt. Het zal mij benieuwen.
Sociale zekerheid: een financieel vangnet met steeds minder veerkracht
Ik noemde al kort de AOW. Dat is een vorm van sociale zekerheid waar je altijd mee te maken krijgt. Nou ja: mits je lang genoeg leeft. Maar ook andere vormen van sociale zekerheid zijn met enige regelmaat aan veranderingen onderhevig. Denk bijvoorbeeld aan werknemersverzekeringen zoals de werkloosheids-, ziekte-, en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Dit geldt ook voor andere regelingen voor gehandicapten, zoals Wajong en Participatiewet, enzovoort. Al deze regelingen vormen een financieel vangnet. Maar met de jaren krijgt dat vangnet steeds minder veerkracht. Dat is iets om rekening mee te houden. Een financiële buffer voor moeilijke periodes aanleggen, is dan verstandig. Het helpt ook heel goed voor je nachtrust.
*lees ook: Hypotheek: 7 dingen om te doen wanneer je rentevast periode afloopt*
3. Zorg voor orde en zet wat geld opzij
Zet je inkomsten en uitgaven netjes op een rij en geef je zelf een maandelijks budget waar je van rond moet komen. Zorg er (natuurlijk!) voor dat je budget lager is dan je inkomsten. Zet direct een deel van je inkomsten opzij op je spaarrekening om een buffer op te bouwen. Je kan dit automatisch elke maand laten afboeken, kort na je salaris, uitkering of pensioen gestort is, dan heb je er geen omkijken naar. En als je wasmachine of je CV-ketel het acuut begeeft, kan je zorgen voor een nieuwe. Of kan je een prijzige reparatie betalen. Je hoeft dan niet in je vuile kleren in de kou te zitten. Maak elke maand een of twee uurtjes vrij om je inkomsten en je uitgaven te registreren. Wanneer je alles netjes bijhoudt en ook nog onderweg een financiële buffer opbouwt, levert dat je de nodige rust op en voorkom je onnodige geldzorgen.
4. Vraag om hulp wanneer je geldzorgen hebt en er niet uitkomt
Als je het zelf lastig vindt om je geldzaken op orde te brengen, vraag dan om hulp. Mensen geven anderen niet altijd graag inzicht in hun geldzaken of hun geldzorgen. Maar als je er niet uitkomt, is het toch goed om je over je trots of schaamte heen te zetten. Aan trots en schaamte heb je immers niks als dat betekent dat je daardoor diep in de schulden komt of blijft. Praat met je vrienden of je familie. Misschien heb je zelfs wel een aardige en betrouwbare buurman of buurvrouw die je kan helpen. Heb je al schulden en kom je er niet uit en weet je niet wie je kan helpen? Kijk dan bijvoorbeeld eens bij Schuldhulpmaatje of zij je kunnen helpen. Geldzorgen zijn niet altijd eenvoudig op te lossen. Maar je kan ze wel proactief aanpakken om er toch uit te komen. Al dan niet met hulp van anderen. Wees dus geen struisvogel en stop je kop niet in het zand. Dat lost niks op. Gewoon over de drempel heen en aanpakken die handel. Dat is de enige weg voorwaarts!
5. Spaar en bouw zo een buffer op
Deze had ik al genoemd. Maar ik zet hem hier gewoon nog eens heel duidelijk met dikke letters in deze opsomming. Zorg dat je elke maand wat geld opzij legt. Het handigste is om gewoon een automatische maandelijkse afschrijving te regelen die direct een deel van je inkomen wegsluist naar een spaarrekening. Zo bouw je bijna ongemerkt een buffer. En die buffer is heel welkom wanneer het even tegenzit. Als er iets kapot gaat in huis. Wanneer je ineens je eigen bijdrage voor de ziektekosten zelf moet ophoesten na een ziekenhuisbezoek. Of wanneer je bijvoorbeeld zonder baan komt te zitten. Het geeft heel veel rust om te weten dat je een potje voor tegenvallers hebt. Je weet nooit wanneer ze zich aandienen en je wilt geldzorgen het liefst voorkomen. Maar het hoort bij het leven dat er soms dingen gebeuren die je niet had voorzien. Dat geldt ook voor financiële dingen, dus dan kan je daar maar beter een beetje op voorbereid zijn.
*lees ook: Hoe wij flink extra aflosten op onze hypotheek en steeds vrijer werden*
Wees de Eindbaas van je eigen Geldzaak!
Het belangrijkste is om zelf gewoon keihard de controle terug te pakken. Zorg ervoor dat je niet geleefd wordt door je geldzorgen. Blijf zelf baas of word weer baas over je eigen geld. Zorg dat je weet wat er in en uitgaat. Besef dat het leven veranderlijk is en dat je een appeltje voor de dorst hebt. Dan ben je eigenlijk al heel goed bezig en mag je jezelf nu een schouderklopje geven!