

Grenzen aangeven is niet voor iedereen makkelijk of voor de hand liggend. Heb jij moeite met het stellen van grenzen? Vind je het lastig om ‘Nee’ te zeggen of voor jezelf op te komen? Heb je vaak het gevoel dat anderen je tekort doen of koester je wrok? Dan zou het best eens kunnen dat je probleem hebt met het bewaken van je grenzen?
* Lees ook: Zet zelf cognitieve gedragstherapie in
voor meer rust in je hoofd *
Wil je grenzen aangeven? Wat is een gezonde grens?
De meeste mensen snappen wel wat grenzen aangeven inhoudt. Grenzen geven aan anderen aan hoe we behandeld willen worden. We zijn verantwoordelijk voor het helder maken van onze eigen grenzen aan anderen. Grenzen geven het onderscheid aan tussen ons en ‘de ander’ zodat je bij je eigen waarden kan blijven en je individualiteit kan bewaren. Maar het lastige is om uit te vogelen wanneer je grenzen gezond zijn. Wat is die gulden middenweg tussen te zwakke grenzen en grenzen die te rigide zijn? En wie bepaalt dat dan? En op basis van wat dan?
* Lees ook: Ruzie in je familie: zo kan je er beter mee omgaan *
Symptomen dat je grenzen te zwak zijn
Goed ‘symptomen’ is niet het goede woord. Want we hebben het niet over pathologie, je bent niet ziek ofzo. Maar wanneer je je grenzen niet of onvoldoende kan aangeven, krijg je daar op een gegeven moment wel last van. Het levert immers ook stress op. En stress heeft wel degelijk negatieve gevolgen voor je lijf en je hoofd. (Nog even los van het ‘oneigenlijke’ onderscheid dat hier in onze cultuur in gemaakt wordt). Wanneer het gaat over problemen met grenzen aangeven, hebben we het eigenlijk vooral over grenzen die te zwak zijn. Je hebt onvoldoende grenzen of je maakt ze onvoldoende duidelijk. Je grenzen, of het gebrek eraan, bieden jou onvoldoende bescherming om op je eigen welzijn en individualiteit te passen.
* Lees ook: Tien waarschuwingssignalen dat een burn-out op de loer ligt *
Vier signalen dat je grenzen duidelijker mag stellen
-
Je voelt je vaak overbelast, te druk en bent doorlopend moe omdat je niet of onvoldoende grenzen stelt. Je zegt misschien te vaak ja tegen dingen die je eigenlijk niet wilt, of die niet passen bij wat je zelf het belangrijkst vindt, die je je financieel niet kan veroorloven of die gewoon niet passen bij je eigen hoogstpersoonlijke normen en waarden en dat vreet energie.
-
Je zegt het niet wanneer anderen je slecht behandelen. Mensen die wel gezonde grenzen hebben, herkennen het wanneer anderen hun niet met respect behandelen, wanneer ze gebruikt of gemanipuleerd worden. Ze accepteren niet dat dit gebeurt en geven duidelijk aan dat ze zulk gedrag niet tolereren. Wanneer je dus niet of onvoldoende doorhebt wanneer anderen je gebruiken, misbruiken of manipuleren, of wanneer je het wel door hebt, maar er niks aan doet is het overduidelijk dat je grenzen te zwak zijn. Je zorgt niet goed voor jezelf. Misschien wel omdat je opgegroeid bent in een narcistisch gezin en/of waren je ouders of verzorgers emotioneel onvolwassen en ondervind je daar de gevolgen van.
- Je bent bang om afgewezen te worden, kritiek te krijgen, afgekeurd te worden en voor conflicten. Die angst is de reden dat we -vaak onbewust- onvoldoende onze grenzen aangeven. Mensen die grenzen aangeven ingewikkeld vinden, vinden het lastig om hun behoeften te herkennen en duidelijk te maken en zijn bang om anderen te kwetsen. Wanneer we anderen kwetsen of onze grenzen aangeven, kunnen die anderen ons immers afwijzen of op hun beurt kwetsen. Omdat die angst het zo moeilijk maakt om op te komen voor onze eigen behoeften, blijven we vaak te passief. We laten teveel over ons heenlopen en gaan te veel mee in wat anderen willen, nodig hebben of (van ons) verwachten. En we vermijden conflicten uit alle macht.
-
Je voelt je schuldig voor dingen waar je geen macht over hebt, of laat anderen je de schuld geven voor iets wat je niet gedaan hebt. Wanneer je wel gezonde grenzen hebt kan je goed onderscheid maken met dingen die bij jou liggen en dingen die bij de ander liggen. Je weet heel goed dat je alleen verantwoordelijk bent voor je eigen handelingen, gedachten en gevoelens en niet voor die van anderen. Wanneer je niet goed geleerd hebt om grenzen te stellen, ben je geneigd om verantwoordelijkheid te accepteren voor dingen die niet op jouw weg liggen. Het is je niet of onvoldoende duidelijk waar jouw verantwoordelijkheden eindigen en die van de ander beginnen. Misschien werk je voor je studie of je werk samen met anderen en voel je je verantwoordelijk voor het oppakken van de dingen die je studiegenoot of collega laat liggen. Jij bent geneigd de losse eindjes van anderen op te lossen.
* Lees ook: Is jouw kind van jou of van zichzelf? *
Wanneer zijn je grenzen juist te rigide?
Natuurlijk gaan problemen met grenzen aangeven niet alleen over te zwakke grenzen. Er zijn juist ook mensen die hun grenzen juist veel te rigide en te star stellen. Ook dat werkt niet heel lekker natuurlijk. Wanneer onze grenzen te star zijn, zorgen we juist voor te veel ruimte tussen onszelf en anderen. We trekken als het ware een te grote, dikke muur op waarachter we ons veilig (gewaand) verschansen. Die muur houdt iedereen buiten. Dat kan prettig voelen, maar het isoleert ons ook juist van andere mensen. We zijn helemaal losgekoppeld van anderen.
* Lees ook: Als volwassene kiezen voor geen contact met je ouders:
pijnlijk, maar soms noodzakelijk *
Vier signalen dat je grenzen misschien te rigide zijn
-
Je snijdt (te?) snel mensen uit je leven. Je gelooft niet in tweede kansen. Als iemand jou pijn doet, wil je geen verontschuldigingen of moeite doen om eruit te komen. Je bent gewoon klaar met die persoon. Punt.
-
Je hanteert strikte regels over alles en nog wat. Je hebt regels over wat je doet, hoe dat moet en wanneer. Je maakt geen uitzonderingen en bent niet flexibel in je gedrag en in je denken. Als iets fout is, is het altijd fout. Ongeacht de context waarin iets gebeurt. Fout is fout, goed is goed. Klaar. Je bent niet in staat te relativeren of te kijken naar de context. Je bent een zwart/wit denker.
-
Je relaties met anderen zijn oppervlakkig. Je vindt het moeilijk om mensen te vertrouwen en vindt het lastig om iets persoonlijks over jezelf te vertellen. Dit kan leiden tot ofwel hele eenzijdige relaties die weinig diepgang hebben. Of juist relaties waarbij je verwordt tot een soort vertrouwenspersoon of hulpverlener, waarbij juist die ander vooral heel veel over zichzelf en zijn of haar problemen met je praat, maar het prima vindt om jou niet of nauwelijks te kennen of te begrijpen.
-
Je vat alles persoonlijk op. Misschien zijn je grenzen zo strak en rigide omdat je erg gevoelig bent voor kritiek, of voor afwijzing. Je bent kwetsbaar wanneer je veel dingen persoonlijk opvat en dat is pijnlijk. Het is dus niet raar dat je jezelf beschermt door anderen op een (voor jou) gepaste afstand te houden en niet al te veel van je eigen gedachten en gevoelens wilt delen.
* Lees ook: Deze tien vragen helpen je om te kijken of je teveel stress hebt *
Schommelen tussen te zwakke en te starre grenzen
De gulden middenweg van grenzen aangeven
Wanneer dit al dan niet context- of ervaringsafhankelijk door elkaar lijkt te lopen en je soms te sterke en soms te zwakke grenzen stelt, ben je blijkbaar hoe dan ook niet goed in staat om de gulden middenweg te vinden en te hanteren. In het beste geval zit je natuurlijk een groot deel van de tijd (altijd lijkt me wel erg lastig) in het ideale midden.
* Lees ook: “Nee” zeggen kan je leren met deze 16 tips *
Gezonde grenzen aangeven
Gezonde grenzen zitten ergens tussen die zwakke en starre grenzen in. Mensen die die gezonde grenzen hebben en assertief zijn, zijn in staat aan te geven wat ze nodig hebben. Daardoor zijn ze minder vatbaar voor manipulatie of misbruik door anderen. Ze zijn beter beschermd tegen de wereld en tegen de mensen die het niet goed met ze voor hebben. Gezonde grenzen zijn flexibele grenzen. Wanneer mensen zich veilig voelen, kunnen die grenzen versoepeld worden en kunnen mensen zich kwetsbaar opstellen en meer diepgaande relaties aangaan met anderen.
* Lees ook: Dit zijn de eigenschappen van een narcistisch gezin *
In kleine stapjes je grenzen verleggen
Het is begrijpelijk wanneer je bent opgegroeid met onzekerheid en onveiligheid dat je niet goed bent in het aangeven van je grenzen.
* Lees ook: Emotioneel onvolwassen ouders laten diepe sporen na *
Je grenzen aangeven en vertrouwen op je eigen oordeel
Wanneer je grenzen direct verlegt naar de andere kant van het spectrum denk je misschien dat je flinke stappen zet. Maar het doet je gevoel van veiligheid waarschijnlijk geen goed. Kleine stapjes zijn prima. Kijk steeds hoe het voelt wanneer je iets anders doet dan voorheen. Kijk wat werkt. Zie wat niet werkt en probeer door stukje bij beetje dingen anders te doen je grenzen te verleggen. Gaandeweg leer je meer op je eigen oordeel te vertrouwen. Je wordt steeds beter in het stellen en aangeven van je grenzen. Ik wens je veel wijsheid en geduld met jezelf en anderen toe. En onthoud: oefening baart kunst!